Feestelijke Lustrum ledenvergadering NVMG

Op zaterdag 13 april vond in de universiteitsbibliotheek van Utrecht de eerste lustrum vergadering van onze nog jonge vereniging plaats.

 

Hier volgt een kort verslag van de bijeenkomst. De teksten van de medisch historische voordrachten kunt u ook op deze website terugvinden.

 

 

De zaal op de feestelijke bijeenkomst van de inmiddels vijfjarige vereniging was goed gevuld. De stralende middag werd geopend door de huidige voorzitter Reina de Raat, die constateerde dat de vereniging zich in haar vijfjarig bestaan vlot ontwikkeld heeft. Van een enthousiast initiatief in 2013 naar een steeds breder in de wereld staande relevante vereniging voor medische geschiedenis in Nederland. De vereniging onderhoudt inmiddels intensieve contacten met bekende samenwerkingspartners als het Trefpunt medische geschiedenis op Urk, maar ook nieuwe groeiende contacten met buitenlandse zusterverenigingen.

Na de opening volgde onder leiding van moderator Timo Bolt het medisch historisch inhoudelijke programma.

 

Manon Parry ontvouwde in haar voordracht Who Cares? Medical History Subjects, Objects, and Audiences haar inzichten en plannen voor de medische geschiedenis in Nederland. Zij verhaalde onder andere over haar internationale ervaring met het maken van prachtige tentoonstellingen over de medische geschiedenis voor een breed publiek en benadrukte de relevantie van het vak.

 

 

Daarna volgde de lezing van Marlène Cornelis Vrouwelijke dokters aan het Front: ‘het gewonnen terrein verloren’. In haar voordracht besteedde zij aandacht aan de vrouwelijke artsen van de Scottish Women’s hopsitals for Foreign Service. De vrouwen van deze organisatie leverden in WO I een actieve medische bijdrage aan de oorlog in door hen geïmproviseerde veldhospitalen aan het front. De vrouwelijke artsen dachten ook de mogelijkheden voor vrouwen binnen het medische werkveld te kunnen verbreden. Maar uit Cornelis’ retrospectieve cohortstudie bleek dat de oorlogservaring van de heldinnen na de oorlog maar weinig voordeel had opgeleverd voor hun latere medische carrière. Invloedrijke posities leverde hun heldhaftige heelkundige ervaring vaak niet op en ook de overstap naar minder vrouwelijk georiënteerde disciplines als interne geneeskunde en chirurgie bleek toch veelal een brug te ver. Haar verrassende verhaal bood veel gespreksstof voor de aanwezigen.

 

 

Tenslotte vertelde Ruben Verwaal, die sinds een jaar werkzaam is als conservator medisch erfgoed van het Erasmus MC, in Gezond verleden: De betekenis van erfgoed voor het Erasmus MC over het belang van het goed verzamelen en behouden van het medisch erfgoed voor universiteiten en ziekenhuizen. Hij toonde dia’s met prachtige historische voorwerpen uit Rotterdam, zoals een etherverdamper, een RVS ondersteek en het naambordje van het Queridoplein. Het plein, dat inmiddels het veld heeft moeten ruimen in Rotterdam, omdat daar het nieuwe onderwijscentrum is gerealiseerd. Verwaal had een voor velen in het publiek herkenbare metalen bloeddrukmeter meegebracht. Het bleek een bijzonder stukje erfgoed, dat had toebehoord aan twee huisartsen, die deel hadden uitgemaakt van de eerste lichting medisch studenten, die in Rotterdam in 1966 hun opleiding waren gestart aan de destijds nieuwe faculteit.

 

In de pauze konden de aanwezigen genieten van een feestelijke versnapering. Waarna de middag besloten werd met de ledenvergadering. Veel betrokken leden wilden hun ideeën en vragen met het bestuur delen, waarna de leden met een hoopvolle toekomst voor de NVMG in gedachten huiswaarts konden keren.